Op een avond kwam ik thuis na een avondje stappen met mijn jongere zusje. Daar zat mijn moeder, nog klaarwakker. Ik zou binnenkort gaan trouwen, en ze had besloten mij de waarheid te vertellen: ik was verwekt door een ander dan mijn vader. Mijn biologische vader was een Nederlandse militair die in Indonesië gelegerd was geweest. Ik was 24 jaar, en wist tot dat moment van niets.
Mijn zusje riep meteen heel gedreven. ‘Joh, we gaan hem zoeken!’ Maar ik reageerde heel koel. Ik dacht: ‘Als hij al die jaren nooit naar mij heeft gezocht, waarom zou ik dan naar hem gaan zoeken?’
Mijn vader Huib, de man die ik nog steeds beschouw als mijn enige echte vader, was er op tegen geweest dat mijn moeder het mij zou vertellen. Hij was bang dat ik het respect voor mijn moeder zou verliezen. Maar dat is allemaal niet gebeurd. Ik respecteer mijn beide ouders enorm, en mijn vader is degene die mij opgevoed heeft. Zo voel ik dat. Ook uit respect voor mijn vader Huib ben ik nooit gaan zoeken naar die ander. Het heeft nooit tussen ons in gestaan. We hebben het er maar een paar keer over gehad, en verder was voor mij en hem de kous af.
Het marinehospitaal
In haar jonge jaren werkte mijn moeder als verpleegster in het marinehospitaal in Soerabaja. Mijn vader, althans degene die mij verwekt heeft, was een marineman, en werkte als verpleegkundige bij de marine tijdens de Politionele Acties. En zo hebben ze elkaar ontmoet.
Mijn ouders kregen een relatie. Het lijkt er zelfs op dat hij in Indonesië wilde blijven vanwege die relatie, maar het is anders gelopen. Omdat hij de legerleiding te kennen gaf dat hij in Indonesië wilde blijven vanwege zijn relatie, is hij meteen overgeplaatst voor straf. Kort daarna is hij op een schip gezet naar Nederland, om te voorkomen dat hij zou blijven. En daar is hetzelfde gebeurd als bij veel andere jongens, zoals je bij meer verhalen op de website van Oorlogsliefdeskind kunt lezen: eenmaal thuis bij zijn ouders werd er natuurlijk gezegd: vergeet het maar, laat het achter je. En dat heeft hij gedaan.
Ik ben geboren op 17 mei 1950. Mijn moeder kreeg daarna een relatie met mijn vader Huib. Ze kregen na mij nog meer kinderen samen, mijn broers en zussen. In 1957 zijn we naar Nederland verhuisd. Ik vond wel dat ik wat grover was qua lichaamsbouw dan de andere kinderen van ons gezin. Ook op mijn kinderfotoos kun je dat zien. Een grotere bos haar, witter, minder elegant dan Indonesiërs. Maar ik heb daar destijds nooit gevolgtrekkingen uit getrokken.
Oorlogsliefdekind
De naam van mijn biologische vader weet ik al een tijd, die heeft mijn moeder mij een keer verteld. Maar ik had er nooit naar getaald om te gaan zoeken. Totdat mijn man las over de website van Oorlogsliefdekind die was opgericht in 2009 en zei: dat is echt wat voor jou. En terwijl ik er op dat moment niet echt mee bezig was geweest uit respect voor mijn vader, toen ik de verhalen op de website las, kon ik niet meer ophouden met lezen. Ik realiseerde me opeens dat ik niet de enige was. En ik herkende zoveel dingen in de verhalen van al die anderen! En ook realiseerde ik me door die verhalen hoe dat voor al die jongens moest zijn geweest: dat zij alles maar moesten vergeten na thuiskomst in Nederland. Ik vertelde mijn moeder erover. Ze werd heel emotioneel. Het begon toen opeens te prikkelen en ik besloot toen mijn biologische vader te gaan zoeken. Mijn vader Huub was inmiddels overleden, anders zou ik nooit die stap hebben genomen. Maar ik was er nu klaar voor.
FIOM
Ik heb contact opgenomen met de FIOM en die hadden in een mum van tijd mijn biologische vader achterhaald. Hij leefde nog! Ik heb via de FIOM mijn vader een brief geschreven.
Mijn vader was al die jaren op de hoogte van mijn bestaan geweest. Hij heeft wel altijd een schuldgevoel gehouden. Hij stond er niet van te kijken en had altijd wel het idee dat ik ooit op de stoep zou staan. Zijn vrouw is zes jaar geleden overleden, maar ook zij was op de hoogte van mijn bestaan. Mijn vader was al verloofd met haar voor zijn vertrek naar Indië, en hij had haar van daaruit een brief geschreven dat hij niet meer terug zou komen. Toen hij onverhoopt terugkeerde, is die relatie weer aangegaan en ze zijn altijd bij elkaar gebleven. Mijn vader ontving dus via de FIOM de bief van mij, met foto’s en al. Hoteldebotel heeft hij zijn kinderen opgebeld en hen op de hoogte gebracht van mijn bestaan.
Bonusfamilie
Bij de FIOM hebben we een paar maanden later onze eerste ontmoeting gehad. Zijn zoons zijn heel open en direct tegen me, en vinden het jammer dat hij het nooit eerder heeft verteld. Afgelopen zomer hebben we een barbecuefeestje gehad om alle familie en vrienden met elkaar kennis te laten maken.
Mijn biologische vader is nu best trots op me en we hebben regelmatig contact. Maar Huib blijft mijn eigen vader, en mijn broers en zusjes van mijn vader zijn ‘mijn familie’. De anderen zijn mijn ‘bonusfamilie’, zoals ik ze noem.
Roos
Lees ook het verhaal van vader Bas Kruidenier: 'Ik zat te trillen in mijn stoel, met die brief in mijn handen' (categorie Soldatenvaders) en het verhaal van moeder Alice: 'Opeens was hij foetsie' (cagetorie Soldatenliefdes in Indonesie)
Ben je zelf ook een Nederlands-Indonesisch Oorlogsliefdekind, of vermoed of weet je dat je vader een kind heeft verwekt tijdens zijn militaire tijd in Indonesië? Wij willen graag je verhaal horen! Mail naar
Dit e-mail adres is beschermd tegen spambots. U heeft Javascript nodig om het te kunnen zien.
|