Als Elsje Kauw de jonge militair Jack voor het eerst ziet, heeft ze nog geen idee hoezeer hij haar leven zal veranderen. Ze raakt verliefd en verloofd. Maar een huwelijk wordt van alle kanten tegengewerkt. Ook als hun dochtertje Nana geboren wordt. En dan moet Jack vertrekken, terug naar Nederland. Els blijft achter met de belofte dat zij 'met de handschoen zullen trouwen'.
Elsje Kauw wordt geboren als Kauw Liang Eng Nio in Semarang in oktober 1929 uit twee Chinese ouders. Haar ouders hebben dan al vier dochters en een zoon, Elsje is de jongste in het gezin. Als Elsje op de middelbare school zit, vallen de Japanners het land binnen. Naar school gaan is er dan voor de kinderen niet meer bij: de school wordt door de Japanners gesloten, en het gezin vlucht naar familie in Boyolali. Maar de ouders overlijden al vroeg aan ziektes, midden in de Japanse tijd: eerst hun vader, en een paar maanden later hun moeder. Elsje is dan 14 jaar oud.
Als in 1946 de kust weer veilig is in Semarang, vestigen drie zusjes, waaronder Els, zich samen in de wijk Lemah Gempal. De oudste zuster begint een warung, waar de meisjes ook wonen. Els gaat vlakbij in een apotheek werken als receptontvanger.
De warung met de daarachter gelegen woning staat in een drukke straat. Tegenover de warung staat een schoolgebouw, dat inmiddels door het Nederlandse leger als kazerne in gebruik is genomen.
De meisjes staan van huis uit niet vijandig tegenover de aanwezigheid van Nederlanders. Hun ouders hadden, voor de komst van de Japanners, ook regelmatig contact met Nederlandse mensen, dus dat is niet ongewoon voor de meisjes. De Nederlandse militairen lopen vaak langs het winkeltje en kopen er hun lekkernijen. Zo ontmoet Els de jonge soldaat Jack van den Brom.
Jack raakt hoteldebotel van de mooie, goedlachse Els, en al gauw begint hij haar te versieren. Els gaat aanvankelijk nog niet zo gretig op zijn avances in, ze vindt zichzelf als vijftienjarige nog een beetje jong. Maar, zoals ze zelf zegt: ‘die Nederlanders konden je heel goed charmeren’. Uiteindelijk valt ze dus toch als een blok voor de charmes van Jack. Haar oudere zusje (de moeder van Dien) heeft inmiddels ook verkering met een Nederlandse soldaat.
De meisjes vinden de Nederlanders aantrekkelijk en leuk.
Het verliefde paartje gaat met elkaar uit,
bezoekt de bioscoop,
en maakt allerlei dagtochtjes.
Het fotoalbum van Els staat helemaal vol
met kiekjes van haar en Jack
tijdens de talloze tripjes die ze maken.
En uiteindelijk verloven ze zich op 1 januari 1948. Op het verlovingsfeestje zijn wat familieleden en vriendinnen van Els en verschillende dienstmaten van Jack aanwezig. Els wordt zelfs katholiek, in navolging van Jack.
Tot Els teleurstelling geven de Nederlandse militaire autoriteiten hen geen toestemming om te trouwen. Integendeel, hen wordt aangeraden elkaar te vergeten. Maar daar willen Jack en Els niets van weten. Ze huren samen een huisje en richten het in met spulletjes. Jack blijft officieel in de kazerne wonen, maar hij bezoekt Els zo vaak hij maar kan.
Op 13 febr. 1949 wordt hun dochtertje Nana geboren. Jack is zelf op dat moment gelegerd in Yogyakarta, dus hij kan niet bij de bevalling aanwezig zijn. Maar hij heeft alles geregeld en de bevalling vindt plaats in het militaire ziekenhuis in Bojong.
Als Jack weer terug is in Semarang, bezoekt hij Els en zijn pasgeboren dochtertje nog eenmaal, en moet haar vertellen dat hij Indonesië moet verlaten. Zijn contract is afgelopen en kan niet verlengd worden. Hij zou wel graag in Indonesië willen blijven, maar de militaire autoriteiten hebben zijn overtocht al geregeld.
Hij belooft Els om haar, zodra hij werk heeft gevonden in Nederland, met de handschoen te trouwen. En zo vertrekt Jack, zijn meisje en kind in onzekerheid achterlatend.
Niet veel later krijgt Els via de Aalmoezenier (geestelijke van het leger) de geboorteakte en andere papieren opgestuurd, die hadden moeten dienen voor een huwelijksregeling. Els beschouwt dit als een veeg teken: die zijn toch nodig in Nederland? En als Nana anderhalf jaar oud is, komt er een brief van Jack dat hij met een meisje in Nederland gaat trouwen. Nu moet zij dus voortaan alleen voor Nana zorgen. Het contact met Nederland raakt volledig verbroken.
Als Nana 4 jaar oud is, brengt Els haar naar het weeshuis van de zusters Franciscanessen. Ze moet hele dagen werken om aan de kost te komen, en de zorg voor een kind erbij is dan teveel. Maar ook is ze van mening dat Nana daar een goede opleiding krijgt, beter dan wanneer ze in de kampong blijft wonen. Haar zuster heeft ook een kind van een Nederlandse militair die met de noorderzon is vertrokken. Dientje, zoals dit dochtertje heet, wordt eveneens naar het weeshuis gebracht, zodat de beide meisjes in ieder geval steun aan elkaar hebben. Regelmatig komt Nana een dagje thuis in het weekend, maar daarna moet ze onverbiddelijk weer terug naar het weeshuis.
Els ontmoet een Indonesische man en uit deze relatie wordt nog een dochtertje geboren. Nana blijft tot de middelbare school in het weeshuis en komt dan weer thuis wonen. Het leven wordt er voor hen niet makkelijker op. Als Els 35 jaar oud is, begint zij wazig te zien en niet lang daarna wordt ze vrijwel blind.
Vele jaren later, in 1979, bezoekt Els haar inmiddels in Nederland wonende jongste dochter. In het Nederlandse telefoonboek zoeken ze de naam en het adres van Jack op, en ze kunnen hem gemakkelijk vinden. Els vindt dat hij moet weten hoe het met Nana gaat, en ook dat Nana er recht op heeft alsnog door hem erkend te worden. Als Elsje hem opbelt, neemt de vrouw van Jack op. Die blijkt van niets te weten. Een kind in Indonesië? Ze reageert zeer geschrokken en terughoudend. Er is kortstondig contact tussen Els en Jack, maar dat loopt al snel op niets uit. De problemen in het gezin van Jack maken dat hij verzoekt niet te veel contact met elkaar te onderhouden. Nana’s aanvankelijke vreugde dat haar vader gevonden is, maakt plaats voor verdriet en woede. Ze verscheurt alle brieven die haar moeder en vader in het verleden ooit met elkaar hebben gewisseld. Ze wil niets meer van haar vader weten, de teleurstelling is te groot.
Rond 1990 doen Els en Nana via een bekende in Nederland toch een nieuwe poging om met Jack in contact te komen. Ze plaatsen een oproepje in de Story aan vader Jack om zich te melden. Familieleden krijgen de annonce onder ogen en stellen Jack op de hoogte. Deze meldt zich inderdaad. Els reist samen met Nana naar Nederland. En zo ontmoet dochter Nana haar vader Jack voor het eerst in haar leven. Ze is dan al 45 jaar.
Een zoon van Jack, Jos, is zeer begaan met het lot van Nana en Els. Op aandringen van zijn vrouw en van zijn zoon Jos, erkent Jack alsnog Nana als zijn dochter. Sindsdien is er contact over en weer, en heeft Jack ook wel contact met het nichtje van Nana die in Nederland woont, Dien (eveneens een oorlogsliefdekind). Jack’s vrouw is echter nooit helemaal van de klap herstelt.
(teskt gebaseerd op Oral History interviews met Els, Nana en Jack, gehouden door Annegriet Wietsma, 2009)
Herkent u zich in dit verhaal, heeft u zelf ook een kind moeten achterlaten in Indonesië? Of kent u iemand die op zoek is naar zijn kind, zijn of haar vader, halfbroer of halfzus, of deze heeft gevonden? Laat het ons weten! |
Reacties