Het begon met mededogen voor een meisje dat zwanger was achtergelaten door een soldaat. Maar van het een kwam het ander, en zo herhaalde de geschiedenis zich een tweede keer. Nu, 60 jaar later, heeft hij het er vreselijk moeilijk mee. Hij zou dolgraag zijn achtergebleven dochter willen leren kennen. Maar waar is ze?
Het opbiechten van een geheim
"Ik was gestopt met werken in de jaren tachtig en ging een keer uit eten met mijn zoon en schoondochter in een Indonesisch restaurant. Toen heb ik voor het eerst het hele verhaal verteld over mijn relatie met een meisje in Nederlands-Indië tijdens mijn diensttijd en de dochter die daaruit voortgekomen is. Mijn zoon reageerde positief, hij was geïnteresseerd in mijn ervaringen. Hij heeft mijn andere kinderen ingelicht en toen hebben we familieberaad gehouden. Bij mijn vrouw kwam het nieuws hard aan. Zij vond het moeilijk dat ik al die tijd had gezwegen over die zaak. Dat ik niet bij onze kennismaking al had verteld over die relatie.
Maar het dorp waar ik vandaan kwam, was een heel gesloten gemeenschap, daar zou destijds helemaal geen begrip zijn geweest voor wat er was gebeurd. Ik had destijds met haar willen trouwen maar had hier niet kunnen leven met een gekleurd vrouwtje, ze hadden haar nooit geaccepteerd. Als ik met haar verder had gewild, had ik toch de militaire dienst weer moeten ingaan, en dan zou ik mijn familie in de steek hebben moeten laten, terwijl ze mij ook nodig hadden.
Het begon met mededogen
Ik leerde haar kennen omdat ik begaan was met haar lot. Rond het legerkamp waar ik toen zat, was weinig te beleven. Dus ging ik met mijn maat de natuur in, wat wandelen, en zo kwamen we in een kampong twee meisjes tegen waar we mee aan de praat raakten. Een daarvan was in verwachting, en toen ik vroeg waar haar man was, vertelde ze dat hij terug was naar zijn vaderland, maar dat hij haar zou komen halen. Hij was tijdens de oorlog in Nederlands-Indië gelegerd geweest. Wij bleven langs komen, maar die buitenlandse militair, de vader dus, liet niets meer van zich horen terwijl de datum van de bevalling naderde. Ik vond het niet verantwoord om zo een vrouw alleen in een hut te laten bevallen en besloot hulp in te roepen. Ik regelde dat ze in het burgerhospitaal in kon bevallen. Dat ging allemaal goed, maar de verzorging van de baby viel haar niet mee.
Het kind kwam op deze wereld in niet al te beste omstandigheden. Ik probeerde te helpen. Als de baby huilde of weer eens ziek was, wilde ze niet alleen blijven, dan moest ik wachten tot hij in slaap gevallen was. Dat meisje klampte zich aan mij vast en ik had ook geen zekerheid over mijn toekomst. Ik gaf daar aan toe. Van het een kwam het ander, we gingen om elkaar geven en op een gegeven moment was zij weer in verwachting, nu dus van mij. Ik wilde haar niet in de steek laten en was van plan verantwoordelijkheid te nemen voor mijn vaderschap, maar toen werden we van elkaar gescheiden.
Een nieuw bestaan
Ik had al niet zo'n beste relatie met mijn commandant omdat ik mijn onvrede had geuit over het niet nakomen van een beloofde opleiding. Toen moest ik op een dag op rapport komen. Hij vroeg wat ik van plan was te doen met het meisje dat in verwachting van mij was. Toen ik antwoordde dat ik haar straks zou gaan halen was zijn reactie: 'Vergeet die hele geschiedenis maar, ga jij maar mooi naar Holland, je moet naar huis'. En daar was de kous mee af. Je kunt dan niet zeggen: 'Nee, dat doe ik niet'. Want je bent ondergeschikt en tegen een officier heb je dan niets in te brengen. Dus ik werd overgeplaatst en later keerde ik terug naar Nederland.
In Nederland wiste ik alle sporen van de relatie uit. Ik begon een nieuw leven op te bouwen, volgde een opleiding, vond werk, trouwde en stichtte een gezin. De herinnering aan haar en haar twee kinderen raakte steeds meer op de achtergrond. Alleen met mijn dienstmaat waar ik destijds mee gelegerd was, kwam het onderwerp af en toe ter sprake.
Wroeging
In de jaren tachtig, toen een reüniecommissie mij opspoorde, begon mijn diensttijd weer een beetje te leven. Ik bezocht de reünies, maar daar werd nooit over dit soort zaken gesproken. Langzaamaan groeide de behoefte om opening van zaken te geven. Mede door de interesse en steun van mijn zoon is de zaak steeds belangrijker voor me geworden. Ik heb fantastische kinderen, maar ik heb nog een grote wens, en dat is mijn dochter ontmoeten. Weten wat er met haar is gebeurd, hoe ze groot is geworden. De gedachte dat ik dat misschien nooit te weten zal komen, doet pijn."
Herkent u zich in dit verhaal, heeft u zelf ook een kind moeten achterlaten in Indonesië? Of kent u iemand die op zoek is naar zijn kind, zijn of haar vader, halfbroer of halfzus, of deze heeft gevonden? Laat het ons weten! |