Het verhaal van de Nederlandse Gerda de Haan over haar halfzus Edwina
Op een broers- en zussendag bedachten we dat we zo weinig wisten van onze vader, die al overleden was. Uit nieuwsgierigheid gingen we googelen naar mijn vaders naam en zo kwamen we al surfend bij de website van de 7 December Divisie. Stom toeval. Tot onze grote verbazing stond daar een oproep van een zekere Edwina, die op zoek was naar haar vader Eddie de Haan. Onze vader! We moesten echt bekomen van de schrik. De oproep was al een jaar oud, maar we hebben toch geprobeerd contact op te nemen. De oproep was in het Nederlands, dus we wisten niet eens of ze in Nederland of in Indonesië woonde...
Er werd niet gereageerd op onze pogingen tot contact, en we dachten al dat het spoor weer doodliep. We hebben op verschillende sites oproepen geplaatst, waaronder op Oorlogsliefdekind.nl.
Op Moederdag, mei 2009, kregen we opeens antwoord via een e-mail uit Indonesië van Edwina. En dat was toch opnieuw een schok. We hebben al onze gegevens met elkaar vergeleken, en alles klopte. Zelfs de doopnamen kwamen overeen: mijn vader heette Eduard Marie Cornelis, en ons halfzusje heet Eduarda Maria Cornelia.
Mijn vader speelde in die jaren in zijn vrije tijd in een bandje in Bandung, in het Homann Hotel, genaamd Sweet Seventeen. Daar hebben Wanda en mijn vader elkaar ontmoet.
Mijn vader, geboren in 1921, heeft waarschijnlijk nooit geweten dat hij een kind had verwekt. We hebben het helemaal nagerekend. Hij was van 1946 tot 1949 in Indonesië. In juni 1949 was hij weer terug in Nederland. Als je er van uit gaat dat de bootreis terug, met aan- en afmonsteren meegerekend, zo’n 6 tot 8 weken zal hebben geduurd, dan moet hij ergens in april uit Indië vertrokken zijn. Edwina is in december 1949 geboren, dus rond maart 1949 verwekt. Waarschijnlijk wist de moeder van Edwina nog niet eens dat ze zwanger was, toen mijn vader al op de boot zat!
De moeder van Edwina, de Indonesische Wanda, is in 1950 naar Nederland vertrokken om de vader van haar kind te zoeken. Ze heeft haar kind achtergelaten ter adoptie in Indonesië, nog geen half jaar oud. Edwina heeft het bij haar adoptieouders niet goed gehad. Haar adoptievader was wel aardig, maar haar adoptiemoeder was hardhandig. Ze sloeg haar veel, sloot haar op, dat soort dingen.
Moeder Wanda is in Nederland blijven wonen en heeft niets meer van zich laten horen. Wel is ze echt op zoek geweest naar vader Eddie.
Ze schijnt zelfs aangeklopt te hebben bij het Ministerie van Defensie met de namen van haar geliefde, maar die zeiden dat ze haar niet konden helpen omdat ze niet konden zoeken naar de vage naam ‘Eddie de Haan’. Vreemd, want moeder Wanda moet alle doopnamen van mijn vader hebben gekend, anders had ze zijn dochter niet exact naar hem kunnen vernoemen. En zo zijn er wel meer raadsels, die we niet meer op kunnen lossen. Mijn vader is overleden en zijn enige zusje is al op 15-jarige leeftijd overleden, dus we kunnen niet terecht bij familieleden met onze vragen. Edwina’s moeder Wanda heeft nog wel een zus die leeft, maar die wil er niet over praten.
Uiteindelijk heeft Wanda in 2004 vanuit Nederland contact gezocht met haar dochter. Edwina was toen al 54! Misschien kreeg haar moeder wroeging, of voelde ze het einde naderen. Ze had namelijk kanker en had niet meer lang te leven. Ze is nog eenmaal naar Indonesië gereisd en heeft daar Edwina gesproken. Toen pas heeft ze Edwina verteld over haar vader en haar afkomst. Die heeft al die tijd van niets geweten, geen namen, geen foto’s, niks!
We zijn ontzettend blij dat we nu, ondanks de aanvankelijke schok, contact met elkaar hebben. We mailen regelmatig (gelukkig kan dat in het Engels) en volgend jaar reizen we naar Indonesië om elkaar te ontmoeten. We zijn dolgelukkig dat we elkaar gevonden hebben!
Gerda de Haan, juni 2009
Het verhaal van Edwina Sastradiredja, het Indonesische halfzusje van Gerda, is te lezen in de categorie ‘Verhalen - Oorlogsliefdekinderen in Indonesie’ onder de titel ‘Ik kan nu zien dat mijn zoon op mijn vader lijkt’ |